Normaal gedrag:

Een gezonde baardagaam hoort normaal gedrag te vertonen. Onder normaal gedrag van een baardagaam verstaan we: Kijkt helder uit zijn ogen, reageerd op de dingen die om zich heen gebeuren, is actief. Wanneer een baardagaam geen normaal gedrag vertoond kun je dus spreken van afwijkend gedrag. Meer hierover lees je in het volgende punt.

Afwijkend gedrag:

Het kan zijn dat een baardagaam afwijkend gedragen gaat vertonen. Dit kan zijn doordat er iets in zijn omgeving is veranderd, of omdat het diertje ziek is. Voorbeelden van afwijkend gedrag zijn:

• Kijkt niet helder uit zijn ogen
• Is niet actief
• Reageerd niet op prikkels
• Eet niet

Afwijkend gedrag is bijna altijd een fout van de eigenaar van het dier en is ook vaak gebonden aan een ziekte.

Voortplantingsgedrag:

Tijdens het voortplantingsproces zal de baardagaam verschillende gedragingen gaan vertonen. Enkele voorbeelden hiervan kunnen zijn:

• Kop knikken ( mannetje )
• Zwaaien met de voorpoten ( vrouwtje )
• Het zwart maken van de baard
• Het mannetje bijt in de nek van de vrouw

Dit is wat voor de paring plaatsvind, hierna volgt de paring zelf. Het mannetje bijt zich dan vast in de nek van het vrouwtje en probeert zijn staart onder die van het vrouwtje te krijgen, hierna volgt de bevruchting.

Na de paring zal het vrouwtje onrustig gedrag vertonen, ze zal graven en vlak voor het leggen van de eieren zal ze stoppen met eten. Na het leggen van de eieren zal het vrouwtje ze begraven en stampt ze het zand hard aan het haar platte kop. Verder laat ze de eieren aan hun lot over ( Hiervoor is dus de broedstoof )