Voeding


Een baardagaam is een omnivoor. Dat houdt in dat ze zowel groente- als vleeseters zijn.
Jonge baardagamen eten voornamelijk insecten en maar weinig groenten en fruit. Dit veranderd vaak naarmate ze ouder worden. Er zijn baardagamen die op volwassen leeftijd voornamelijk groenten eten. Het is wel belangrijk dat je baardagaam gevarieerd voedsel krijgt om er voor te zorgen dat hij de benodigde voedingsstoffen binnenkrijgt.



Dierlijk voer:

  • Krekels
  • Sprinkhanen
  • Kattenvoer
  • Meelwormen
  • Buffalowormen
  • Wasmotlarven
  • Krulvliegen
  • Pinkie muisjes
  • Redrunners

 

Geef je diertje nooit grotere voedseldieren als de maat tussen je baardagaam zijn ogen. Dit om verstikking te voorkomen. Meelwormen hebben vaak een harde schild, dit kan vooral voor jonge dieren moeilijk zijn om te verteren, geef ze dan ook vlak nadat de worm is verveld.

Groente en fruit wat een baardagaam mag eten:
Het is belangrijk dat je let op welke groente je je baardagaam geeft. In sommige groenten zitten bepaalde stoffen die erg slecht zijn voor je baardagaam Hieronder staan deze stoffen met daarbij de groenten waar deze stoffen inzitten.

  • Cyanide: deze stof kan problemen geven aan de keel. Cyanide is te vinden in koolsoorten.
  • Tannine (looizuur) dit is een natuurlijke stof die ook wel wordt gebruikt als conserveringsmiddel. Je baardagaam kan niet tegen deze stof. Tannine zit in erwten, vijgen, tuinbonen, avocado?s, druiven, graan, hop.
  • Oxaalzuur: dit zorgt voor problemen met de bloedsomloop. Het verbindt zich met calcium waardoor deze niet meer kan worden opgenomen door het lichaam. Oxaalzuur zit in: broccoli, spinazie, wortelen, peterselie, rabarber.
  • Nitraat: zorgt ervoor dat de zuurstof in het bloed slecht kan worden verspreid. Nitraat zit in: spinazie en smeerwortel.


Groenten die niet bij bovenstaand rijtje genoemd zijn kan je zonder problemen aan je baardagaam geven. Ook kan je je baardagaam het blad en de bloem van de paardebloem geven, of een dovenetel.
Verder is het erg belangrijk om de voederdieren te bestrooien met calcium en vitamine ( D3 ).

 Voeding tijdens de dracht:

Tijdens de dracht van de baardagame is het belangrijk het mannetje apart te zetten en het vrouwtje goed bij te voeren en extra vitaminen en calcium te geven. Het vrouwtje gebruikt veel energie tijdens de aanmaak en leg van de eieren, daarom moet ze altijd beschikking hebben tot water en voer. Een tekort aan vitaminen en calcium kan leiden tot slechte eieren en gevaar voor e gezondheid van het vrouwtje.

Gezonde hoeveelheid voer:

Om er achter te komen wat een gezonde hoeveelheid voer is voor je baardagaam, kun je dit proberen: Geef je baardagaam zoveel voer als hij wil op een dag. "STEL: dat zijn 3 volwassen sprinkhanen en 5 wasmotlarven". Daarvan zou ongeveer de helft een gezonde hoeveelheid zijn. Zo wordt de baardagaam niet te dik en ook niet te dun. Geef jonge baardagamen elke dag genoeg voer, het liefst 3 keer per dag. Volwassen baardagamen geef je 3 tot 4 keer per week eten. Er mag in het terrarium altijd een schaaltje met kleine wormpjes ( buffalo/meelwormen ) aanwezig zijn, dit geldt ook voor andijvie of andere groenten/fruit. 

Voeding van de nakomelingen:

Jonge baardagamen geef je alles wat een volwassen baardagaam eet, maar dan in kleinere maten. ( GEEN MEEL/MORIOWORMEN ). Geef de nakomelingen 3-4 keer per dag te eten, zodat je zeker weet dat ze allemaal een kans krijgen om te eten. De voeding kan wisselen tussen buffalowormen, krekels, sprinkhanen, groenvoer. Zet GEEN waterbakje in het terrarium, de jongen kunnen in de kleinste laag water nog verdrinken, in plaats daarvan kun je ze meerdere keren per dag besproeien, ze zullen dan de waterdruppels oplikken.